Perrito, perrito

“Perrito, Perrito!” Ik hoor het jongetje tijdens een wandeling door Barcelona op het moment dat iets wits op lage pootjes me voorbij schiet. “Espera perrito!” De hond reageert niet en steekt zonder vaart te verminderen iets verder de drukke Passeig de Bonanova over.

Barcelona –  Ik breng mijn handen al naar mijn oren in afwachting van de klap en de gierende remmen, maar er gebeurt niks. Ik zie hoe een man een poging doet het hondje te vangen en dan zijn schouders ophaalt als het beest tussen zijn armen doorschiet.

Het dier rent door, verder omhoog. Achter mij hoor ik het jongetje nogmaals ‘Perrito’ roepen, maar de hond ligt nu twee straten op hem voor.

Centrum Barcelona

Eenmaal naast me wijst hij machteloos naar de snel verdwijnende witte stip. “Hij rent vast naar huis”, zeg ik troostend. Waarom zou het hondje anders de berg op rennen? Maar het jongetje schudt mismoedig zijn hoofd. “Ik woon daar helemaal niet. Ik woon daar en hij wijst naar beneden naar iets wat in het centrum van Barcelona ligt.”

“Ik ben op weg naar het park”, zeg ik hem. “Ik zal naar hem uitkijken.” Als ik verder loop blijft het jongetje hijgend staan, voorovergebogen, zijn handen op zijn knieën. “Ik kom te laat op school”, zegt hij dan. Ik loop verder tot aan de roltrappen die me naar Park Güell brengen.

Park Güell

Antoni Gaudi ontwierp het park met zijn ronde organische vormen vol vijgcactussen en citrusbomen voor de industrieel Guëll. Het had een idyllisch tuindorp moeten worden met huizen voor arbeiders, maar het sloeg niet aan. Nu is het park geliefd bij toeristen, joggers en hondenbezitters. Perrito zie ik niet.

Park Guell, wandeling door Barcelona Nomad & Villager

Vanaf het park zie ik ver beneden de boten in de haven, iets verder het strand. Erachter waakt Mont Juïc, de berg waar in 1992 de Olympische Spelen werden gehouden.

Barcelona was niet altijd een gewilde bestemming. Voor 1992 was het niet meer dan een havenstad. Een stad met haar rug naar de haven omdat fabrieken en spoorwegen de verbinding met zee blokkeerden.

Gracia

Ik ontwaar een witte stip en ik vraag me af of Perrito, moe van het stijgen, zijn koers heeft verlegd en Gracia is ingelopen. Ooit een dorpje buiten Barcelona is het nu een hippe wijk met designwinkels, ecologische schoenenzaakjes en talloze restaurantjes.

José, een ober uit Uruguay werkt daar. Terwijl demonstranten hun spandoeken uitrolden in een gezamenlijke klacht tegen de moordende bezuinigingen, vertelde hij me dat zijn salaris opnieuw was verlaagd. Hij kreeg nog 950 euro mee naar huis.

Castellers

Niet dat hij mocht klagen, hij had tenminste nog een baan. “Kom” had hij monter gezegd: “Ik trakteer, omdat de zon schijnt en ik ons gesprek waardeer.”

Castellers Gracia Barcelona

Misschien is Perrito afgeslagen op de calle Alzina waar de Castellers, de menselijke kathedralen van Vila de Gracia, twee maal per week samenkomen om hun duizelingwekkende kunsten te oefenen.

“Wij zijn niet zo goed als die van Tarragona”, had Joan mij bescheiden gezegd toen ik zijn kleindochter van vier over de ruggen en benen van haar familie naar boven zag roetsjen.

Plaza de Catalunya

Zuidwaarts? Diagonal over tot aan Plaza de Catalunya? Heeft hij zich tussen de benen gewurmd van de zakkenrollers en de Zweedse rugzaktoeristen die, eenmaal gerold, huilend om je telefoon vragen om hun moeder te bellen in Malmö of Uppsala? Heeft hij geroken aan de misvormde voeten van de bedelaar in de rolstoel met één wiel?

Verder gerend langs de Engelsen met hun flessen wijn aan de mond? Diezelfde wijn die later uitgekotst van de geldautomaten druipt. Langs de Roemenen die ‘s morgens monter op hun bedelwerk verschijnen als betreft het een serieuze job?

Rambla del Raval

Is hij rechts afgeslagen? Het donkere Raval in? Door de stegen vol winkeltjes met piercings en alternatieve kleding, tot aan de Rambla del Raval? Voorbij de Arabische wijk waar de jongeren in groepjes hangen. Diezelfde jongeren die door een Ierse buurtbewoner worden aangemoedigd planten te potten op de minuscule balkonnetjes van bejaarde buren. De manier om de angst voor de islamitische medemens weg te nemen.

Langs het Palestijnse café van Mohammed die sinds de vlucht van zijn familie in 1948 verbitterd Israëlische wijn schenkt. Mogelijk heeft ie even gesnuffeld aan de immense kat van de Colombiaanse kunstenaar Botero, al is het de vraag of ie wel langs de hangplek van anarchisten en verslaafden met hun bakbeesten van honden heeft gedurfd.

Plaza de la Constitución

Misschien is ie van schrik uitgeweken naar de donkere plekken achter hotel Barceló waar Nigeriaanse hoertjes je voor een paar schamele euro’s neuken achter een geparkeerde auto. “Schande, een aantasting van onze goede zeden, had het stadsbestuur geroepen toen een krant publiceerde wat iedereen al wist.

Maar misschien heeft hij de toeristen wel ontweken en is hij linksaf gegaan naar de Plaza de la Constitución waar de bevolking op de vierkante meters tussen stadsbestuur en Catalaans parlement hun woede uiten. Hun gele vlaggen met rode strepen brutaal voor zich uit duwend want ze hebben Spanje verdorie genoeg gespekt.

Plaza Real

Maar misschien ook niet. Is hij al eerder rechtsaf geslagen naar de Plaza Real. Waar de toeristen eten en niet zien hoe de Pakistani hun illegale biervoorraad verstoppen in vuilnisbakken. Geen weet hebben van de wanhoop van de jazzmuzikanten op de hoek van het plein, nu de belasting op kunst ze de nek om draait.

Of is hij gewoon blijven rennen in de volle lengte van de Ramblas ondertussen happend naar de broekspijp van een fietser die met zijn gratis stadsfiets op de zee afkoerst? Voorbij Columbus waar hij nog snel even zijn poot tegen de sokkel optilt. En dan naar links, om zich oververhit tussen de volleybalnetten op het zachte zand van Barceloneta te vlijen.

Barceloneta

Om eenmaal uitgerust een gat te graven, tong uit de bek en ondertussen vanonder zijn oogharen spiedend naar de Hollandse meiden. De enigen die eind november nog het water van de Mediterranee induiken om vervolgens onbedekt en druipend van het nat aan te kloppen bij de chique restaurants. Waar ze ongelovig om zoveel onfatsoen worden aangestaard door Spanjaarden die al etend de crisis bezweren.

Er komt een man naast mij staan. “Mooi hé”, zegt hij. “Jammer dat hij onder de tram kwam.” “Wie?” vraag ik verschrikt, terwijl ik mijn blik van de witte stip afwend. “Gaudi natuurlijk! Wie anders?”

Dit verhaal won de blogprijs  ‘Proef Spanje blogprijs 2013‘.

Uit het juryrapport: 

Anneke de Bundel beschrijft in haar blog een prachtige wandeling door Barcelona langs tal van bekende en onbekende bezienswaardigheden waarbij ze ´perrito´ volgt op een manier dat je de wandeling eigenlijk zelf maakt.

De jury heeft unaniem gekozen voor dit originele blog vanwege haar grappige invalshoek voor een informatief verhaal, de originaliteit, foto´s bij het blog en de sublieme beschrijving met ook nog een zeer origineel einde van het relaas.

Na in 2011 voor de eerste keer de blogprijs Proef Spanje gewonnen te hebben, wint Anneke de Bundel terecht ook de Blogprijs Proef Spanje 2013 met haar originele informatieve blog ‘Perrito, perrito.’

Share at:

9 reacties op “Perrito, perrito

  1. Jammer, dat niemand heeft opgemerkt dat vleien vlijen ( zacht gaan liggen) had moeten zijn:-) Verder een fijn verhaal, dat ik met plezier heb gelezen.
    (Hier gekomen via Barbara Jansma,,,)
    Succes verder.

  2. Ondanks dat ik hier al 34 jaar woon en maar weinigen hun hond perrito noemen heb ik je verhaal beleefd en herleefd. Toen ik jonger was liep ik veel meer door de stad dan nu. Ik woon rustig in PobleNou en vind altijd te veel toeristen in het centrum. Dank je voor de gevoelige manier van beschrijven. Taal met een Tien. Ga gauw weer eens wandelen…

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Omdat je van verhalen houdt…

Omdat je wel wil lezen, maar niet steeds wil kijken of er al een nieuw verhaal is. Laat je e-mail achter en je krijgt een nieuw verhaal gewoon in je brievenbus.